Aparte reacties II

Onverwacht verschijnt het mailtje in mijn inbox. Niet veel later – het zal een paar uur zijn geweest – komt er een ander opmerkelijk mailtje bij. De berichten zijn afkomstig van repectievelijk Albert Drent (voormalig directeur van het Hofnarretje) en zijn voormalige woordvoerder. Ergens bevallen deze mails me niet en het feit dat ze allebei zo kort na elkaar in mijn inbox verschijnen, doet me vermoeden dat ze overleg met elkaar hebben gehad. Ik informeer in mijn netwerk naar de laatste stand van zaken rond deze twee heren.

De inhoud van de mail van Drent verbaast me. Hij heeft mijn boek helemaal gelezen en zo te zien heeft het hem ook aan het denken gezet. In redelijk lovende woorden schrijft hij over mijn verhaal. Ik weet niet goed wat ik met zijn bericht aan moet. De mail van zijn oud-woordvoerder is wat dat betreft een stuk makkelijker: hij is ontevreden over het beeld dat ik van hem schets. Op dat soort inhoudelijke vragen ben ik meer dan genoeg voorbereid.

Bij geen enkele speler in mijn boek heb ik het achterste puntje van mijn tong laten zien. Op die manier heb ik altijd iets achter de hand om mijn punt verder te onderbouwen, mocht daar aanleiding toe zijn. Zo stuur ik de woordvoerder wat links naar een stel openbare bronnen die mijn opmerkingen meer dan voldoende onderbouwen. Het werkt: de tweede mail die ik van hem ontvang is bijzonder vriendelijk en complimenteus en sluit af met de hoop dat we nog eens een kop koffie kunnen drinken met elkaar. Maar de mail van Drent is moeilijker. Ik hou het bij een kort antwoord dat ik hoop (zoals ik ook in mijn boek schrijf) dat hij zijn verantwoordelijkheid alsnog zal nemen.

Van BOinK krijg ik een kort bericht via de website. BOinK is verbolgen over het feit dat ik mijn teksten niet vooraf aan hen heb voorgelegd c.q. laten goedkeuren. Daardoor staan er helaas aantoonbaar onjuiste zaken in mijn ‘verder best wel aardige boek’. In mijn antwoord dank ik BOinK voor de aanschaf van mijn boek en geef aan graag te horen waar de aantoonbare onjuistheden precies staan. Als hij kan aantonen dat iets onjuist is (met verwijzing naar regel- en paginanummer) dan bied ik publiekelijk mijn excuses aan en zal het corrigeren. Nog twee keer mail ik BOinK het verzoek duidelijk aan te geven wat er dan onjuist is, maar een reactie blijft uit.

[...]

Halverwege oktober is er in de Tweede Kamer een Algemeen Overleg over kinderopvang. Omdat er een demissionair plaatsvervangend minister zit, verwacht ik helemaal niets van deze vergadering maar ga wel even naar Den Haag. Het is niet erg druk in de zaal, maar ik zie veel bekende gezichten. Ik tel minstens zeven mensen die in het boek voorkomen. Gjalt is er ook, maar het lijkt wel alsof hij ontzettend zijn best doet om me te negeren.

Na afloop drink ik in Nieuwspoort nog een borrel met vier dames (ook de woordvoerder van Estro) die allemaal (uitgebreid of kortstondig) in mijn boek voorkomen. De sfeer is prima – en ze gaan allemaal erg sportief om met hun rol in mijn boek. Niemand die zeurt over voorinzage van mijn dagboek. Niet veel later drink ik ook met mijn stadsdeelwethouder een kop koffie. In de Peuterindustrie ben kritisch over haar en ik ben een beetje bang dat ze het persoonlijk opneemt. Maar ook hier blijkt het tegendeel het geval: ook zij pakt het erg sportief op.

Een paar weken na zijn melding ‘aantoonbaar onjuist’ stuur Gjalt me een bericht met een soort uitleg, maar zonder aan te geven waar in mijn boek de aantoonbare onjuistheden staan. Oftewel: hij kan het niet aantonen.

Daarmee hebben de meeste mensen – de grote uitzondering is Meester Korver – die voorkomen in mijn boek een reactie gegeven. Dat vind ik fijn want het betekent dat men het gelezen heeft. Maar ik hoop nog veel meer op een grote discussie naar aanleiding van het boek: de penibele positie voor de ouder is nog altijd hetzelfde.

[...]

Woensdag 14 november is er in Amsterdam een grote conferentie over Kinderopvang. Lodewijk Asscher (met wie ik via twitter een koffiedate maakte, vlak voordat hij vice-premier en minister van Kinderopvang werd), Louise Gunning, Eberhard van der Laan: ze zullen er allemaal zijn én ik heb er voor gezorgd dat ze allemaal mijn boek hebben (gelezen). Wie weet komt er nog iets moois uit. Lees het in mijn volgende blog.

Comments are closed.